IN BEELD
‘SAMEN MUZIEK MAKEN GEEFT EEN GELUKSGEVOEL’
Muzikanten in een jeugdorkest
Tekst Marijke van der Linde Beeld Mike Raanhuis
Je passie delen, je muzikaal ontwikkelen én heel veel lol hebben. Dat kan bij het Amersfoorts Jeugd Orkest (AJO). ‘In een orkest spelen is geweldig. Je creëert iets wat je alleen samen kunt.’
Het is vrijdagavond: repetitie-avond. Vanuit de Xaveriuskerk in Amersfoort - de vaste oefenplek van het AJO - klinkt Tsjaikovski. Bij het altaar, tussen de heiligen, oefenen violisten alvast hun deel. Het geluid weerkaatst tegen de hoge plafonds.
Tot bloei komen
Het AJO is een van de betere regionale jeugdorkesten van Nederland en wint regelmatig concoursen. ‘Het repertoire is klassiek, denk aan Tsjaikovski en Brahms. Stukken waar de jongeren flink op moeten oefenen’, vertelt dirigent Rolf Buijs.
Om alle jongeren met gevoel en passie voor muziek een eerlijke kans te geven, schieten de gemeente of het AJO soms financieel bij. In een orkest spelen is een kostbare hobby. Het orkest telt ongeveer 75 leden, in leeftijd van 13 tot 24 jaar.
Gevoel uiten
‘De jonge muzikanten leren hoe ze samen en met gevoel kunnen spelen.’ Ik zeg vaak: “Verschuil je niet achter je instrument, maar laat jezelf zien. Beweeg en uit de emotie die de muziek oproept. Dan raak je de luisteraar”.’ Sommige jongeren stromen door naar een studentenorkest en enkele echte talenten naar een vakopleiding. In alle professionele orkesten in Nederland spelen wel oud-leden, zoals klarinettist Hein Wiedijk en harpist Saskia Rekké. Ook componist Willem Jeths speelde ooit bij het AJO.
Het wordt drukker in de kerk. Harpen, cello’s en trompetten verschijnen uit kistjes en de jongeren zoeken hun plek. De dirigent zet de Radetzky March van Strauss in. ‘Lekker brutaal zijn nu! Ramdaramderaram.’


‘HET IS BIJZONDER DAT JE ALLEMAAL IETS ANDERS SPEELT EN HET SAMEN TOCH ZO MOOI KLINKT’




Jonas Niesten (23), hobo
Jonas is net aangenomen op het conservatorium en speelt bij het AJO om ervaring op te doen. ‘Het is heel leerzaam om samen te spelen. Als professional zal ik later waarschijnlijk ook in een orkest spelen. Ik vind het leuk om samen bombastische en indrukwekkende muziek te maken. Neem de Eerste symfonie van Gustav Mahler; mijn favoriete stuk. Dat begint heel klein met een hobo, klarinet en strijkers. Vervolgens komen er allemaal melodieën en instrumenten bij en ontwikkelt het zich tot een groots en gevoelig stuk.Het uitdagende aan samen spelen is dat je afhankelijk van elkaar bent. Je kunt nog zo perfect spelen, dat lukt lang niet altijd, en ook een ander kan altijd een foutje maken. Het mooie is dat je elkaars uitglijders kunt opvangen en dat het dan toch mooi klinkt. Dat geeft een gevoel van overwinning.’

Mare Platinga (19), cello
Mare, aanvoerder van de strijkers: ‘Het is geweldig. Je creëert iets wat je alleen samen kunt. Het moment dat je elkaar aankijkt, glimlacht en zonder woorden zegt “We zitten er lekker in”, geeft een echt geluksgevoel. Wat ik soms lastig vind is: je inhouden, zodat anderen op de voorgrond kunnen treden. Als ik een stuk heel mooi vind, speel ik het liefst heel uitbundig. Maar ik weet: het is voor het goede doel. Het mooiste stuk dit seizoen vind ik Prelude de la princesse Lointain, van Tcherepnin. Echte zwijmelmuziek, met een subtiele opbouw en intense climax, waarbij we allemaal samen spelen.’

Thijmen Krijgsman (19), viool
Thijmen is aanvoerder van de violen en volgt de opleiding tot componist aan het conservatorium. ‘Als aanvoerder heb je een begeleidende functie. Met lichaamstaal zorg ik ervoor dat iedereen in de maat blijft, als een soort dirigent. Dat past bij mij: ik vind het leuk om te leiden. Toen ik negen jaar was en de Titanic zag, wist ik dat ik viool wilde spelen. De scène waarin het schip zinkt, wordt begeleid door een strijkorkestje, dat betoverde mij. Als je componeert, vertel je een verhaal. Als je muziek maakt, uit je gevoelens, die dat verhaal oproepen. Wanneer ik zenuwachtig ben tijdens een optreden, focus ik op het verhaal en het gevoel. Dat helpt goed tegen plankenkoorts. Mijn favoriete muziekstuk op dit moment is het Wozzeck-opera van Allen Berg. Dat gaat over een antiheld en is experimenteel, donker en heel smaakvol.’

Titus Van Rijn (14), altviool
Titus is de jongste muzikant. ‘Dit instrument klinkt zo diep als een cello en zo hoog als een viool, daarom koos ik het. Dit is mijn eerste jaar hier en het is erg gezellig en leerzaam. Afstemmen op de andere partijen vind ik het lastigst. Je raakt makkelijk in de war. Veel oefenen helpt. Het is bijzonder dat je allemaal iets anders speelt en het samen toch zo mooi klinkt. De Alpen-symfonie van Strauss is mijn favoriete muziekstuk. Het gaat over een dag in de Alpen: een boswandeling, de bergen, een storm. Als je het verhaal kent, begrijp je de muziek beter.’